Afgelopen weekend in Argentinië was de moeite. De tweede manche van het MotoGP-kampioenschap kende veel problemen en voor de piloten schuilde er gevaar in iedere bocht.
Op vrijdag was de piste nog stoffig en vuil met veel valpartijen als gevolg. Op zaterdag werd de baan properder, gingen de snelheden omhoog en ontplofte Scott Reddings achterband. Het tijdsschema werd overhoop gehaald en regen op zondag maakte het allemaal nog ingewikkelder. De plannen van de racedirectie veranderden van uur tot uur en de organisatie leek een grote chaos. En toch vergaten we het meteen toen zondagavond de geblokte vlag boven kwam.
In de Moto3 behaalde rookie Khairul Idham Pawi de eerste Maleisische Grand Prix zege ooit. De Moto2 stond in het teken van een gevecht tussen de titelfavorieten en uiteindelijk trok regerend kampioen Johann Zarco aan het langste eind. Als kers op de taart was er een ingekorte, maar extra pittige MotoGP-race. Naast een verplichte pitstop zagen we een hele hoop incidenten en het nodige drama. De chaos van ’s ochtends was snel vergeten dankzij drie opwindende races.
“De racedirectie deed haar uiterste best om een oplossing te voorzien voor elk mogelijk scenario, al kwam dat erg chaotisch over naar de teams, journalisten en kijkers.”
Toch moeten we het nog eventjes over die chaos hebben. De constante aanvoer van e-mails met veranderingen aan het tijdsschema toonde de GP-organisatie van haar meest amateuristische kant. De eerste aankondiging was er zaterdagavond toen Michelin en de race directie verklaarden dat beide slick achterbanden teruggetrokken werden uit de race na het incident met Redding. In de plaats van die banden, zou de band voor noodgevallen (een derde optie die Michelin verplicht moet voorzien op iedere manche) gebruikt worden. De teams zouden bovendien een extra warm-up sessie krijgen om de juiste setup te vinden.
Geen back-up plan?
Die ‘safety tire’ heeft een andere constructie dan de medium en harde Michelin en dus was het testwerk van vrijdag en zaterdag relatief nutteloos. Daarbij komt nog dat je niet aan de setup voor een slick kan werken in de regen, dus werd de extra sessie op zondagochtend geannuleerd. Eventjes werd er nog gedacht aan een vervangende sessie vlak voor de race als de piste droog was, maar ook dat plan werd afgeblazen aangezien het circuit vol lag met vochtige plekken. Er werd uiteindelijk beslist om 20 ronden te rijden met een verplichte pitstop tussen ronde 9 en 11, met in het achterhoofd de optie om van een slick naar een wet te wisselen of andersom. De racedirectie deed haar uiterste best om een oplossing te voorzien voor elk mogelijk scenario, al kwam dat erg chaotisch over naar de teams, journalisten en kijkers.
In het tijdperk van directe communicatie en Social Media, betekent dat dus ook dat de organisatie bakken kritiek over zich heen kreeg bij elke nieuwe wijziging van het plan. 20 jaar geleden had hier geen haan naar gekraaid, vandaag de dag kijkt Big Brother mee over de schouder. Zo kom je onvermijdelijk bij de vraag waarom de racedirectie geen standaardplan heeft voor races in dit soort van wijzigende weersomstandigheden? Na de troubles op Phillip Island in 2013 mogen we toch verwachten dat er een noodplan is voor de meest voordehandliggende scenario’s?
Uitblinken of afzien
Zodra de rode startlichten doofden, talmde ook de polemiek over de organisatie en was iedereen gefocust op de race. Want niet alleen was er spektakel dankzij de pitstop, ook het verraderlijk vochtige en vuile circuit zorgde voor verrassingen.
Er zijn rijders die uitblinken in dit soort omstandigheden, en er zijn er die afzien. Marc Márquez en Valentino Rossi kunnen goed omgaan met afwisselende grip en ook de Ducati’s hadden er weinig last van. Jorge Lorenzo komt daarentegen vaak in de moeilijkheden en dat was gisteren niet anders. De regerende wereldkampioen moest plaatsen inleveren vanaf de eerste ronde en kwam nooit helemaal op gang. Bij het begin van ronde 6 sloeg het noodlot toe toen Lorenzo de motor platlegde in bocht 1. Hij was niet de enige die in deze bocht onderuit ging. Kan Lorenzo niet omgaan met moeilijke omstandigheden? Is hij nog steeds geschokt door zijn zware crash in Assen in 2013? Niet echt, want uit een interview met zijn team manager Wilco Zeelenberg leerde ik dat Lorenzo zowel bij droge als natte omstandigheden hard kan rijden. Dat spreekt ook uit zijn prestaties. Het probleem zit hem dus vooral in afwisselende grip. Wat betreft de crash van gisteren, steekt Lorenzo het op een gebrek aan focus.
“Márquez won ongeveer een seconde in de pits door van de ene motor op de andere motor te springen.”
Zonder Lorenzo draaide de strijd vooraan uit op een fascinerend duel. Voor de pitstops kwam Vale hard opzetten bij Marc Márquez en ondanks hun vete bleef het een cleane, sportieve strijd. Na de pitstop sloeg Márquez al snel een kloof en dat is duidelijk zichtbaar in de rondetijden. Márquez won ongeveer een seconde in de pits door van de ene motor op de andere motor te springen. Rossi hield het bij een klassieke overstap (“Ik ben te oud voor zo’n kattensprong”, was later de grap in de persconferentie). Maar Marc Márquez maakte pas echt het verschil in de eerste ronden na de pitstop. De Repsol Honda rijder zette een reeks 1’40’ers neer terwijl Rossi niet onder de 1’41” geraakte.
Voor de pitstop was het een spannende strijd, erna was het een overmacht van Márquez. Hoe kan dat? Hoewel de teams hun uiterste best doen om de setup van beide motoren zo identiek mogelijk te maken, zijn er soms nog kleine verschillen. Marc Márquez voelde zich in zijn nopjes op de tweede fiets en was sneller dan op de eerste. Voor Rossi lag dat net tegenovergesteld. Tijdens de persconferentie wilde Vale er niet teveel over kwijt, al was hij iets opener tegen de Italiaanse pers: “Ik weet de reden niet. Misschien was de achterband niet warm genoeg, of waren de banden niet identiek.” Op Philip Island in 2013 had Rossi al eens het tegenovergestelde voor toen zijn eerste motor een stuk trager aanvoelde dan zijn tweede.
Dekselse Ducati’s
Rossi’s vertraging zorgde ervoor dat hij terug in de greep van de Ducati’s en Maverick Viñales kwam. De Suzuki rijder leidde de achtervolging, al was het moeilijk om de pure snelheid van de twee Andrea’s te controleren. Hij kreeg Rossi’s staart te pakken en begon zelfs met enkele inhaalpogingen. Maar net toen zijn eerste MotoGP-podium in zicht kwam, crashte ook hij in bocht 1.
Rossi moest dus enkel nog de Ducati’s verslaan, al waren die een categorie te sterk. De manier waarop de twee fabrieks-Ducati’s hem voorbij kwamen, voorspelde eigenlijk al wat zou volgen. Andrea Iannone maakte een erg gewaagd inhaalmanoeuvre, duwde Rossi wijd en moest tenslotte zelf ook van de ideale lijn afwijken. Dovi profiteerde en Rossi wist dat hij verslagen was. Het enige wat Valentino kon doen, was kijken naar de strijd die zich voor hem afspeelde.
Het einde van dat gevecht was eerder tragisch, met Iannone die een wanhoopspoging ondernam in de voorlaatste bocht. Hij verloor de voorkant, tikte Dovizioso aan en daarmee eindigde de Ducati’s in de grindbak in plaats van op het podium.
Na de afloop van de race was niemand echt verbaasd over de crash. “Ik wist niet of Valentino of Iannone achter me zat, maar toen ik de tik voelde, wist ik dat het Iannone was. En toen ik over het asfalt gleed, besefte ik dat ik dit had zien aankomen.” Rossi had ook harde woorden voor zijn vriend. Hij zei dat het eerste inhaalmanoeuvre al veel te gevaarlijk was en dat ze beide geluk hadden dat ze konden rechtblijven. Het is niet de eerste keer dat Iannone zo’n risico’s neemt, maar dit keer ging hij uitzonderlijk ver. In de eerste bocht van de race ramde hij Marc Márquez en forceerde hij Dani Pedrosa naar de buitenkant van de bocht. Daarna haalde hij Rossi erg bruut in en de crash met Dovizioso hing al langer in de lucht.
“Het incident krijgt nog een staartje in Austin want Iannone krijgt een penalty punt en hij moet drie plaatsen achteruit op de startgrid.”
Mogen we aannemen dat er spanningen zijn binnen het Ducati team? De geruchten dat Lorenzo de overstap zou maken naar het Italiaanse team hangen al langer in de lucht en de Andrea’s beseffen dat ze nu meer dan ooit moeten vechten voor hun fabriekszitje. Het kan een verklaring zijn voor hoe ver Iannone wilde gaan om toch maar zijn teammaat te kloppen. Ducati bazen Paolo Ciabatti en Gigi Dall’Igna hadden weinig begrip voor Iannone en zeiden dat hij het risico nooit mocht nemen. Toch ontkenden ze beiden dat de situatie met de contracten er voor iets tussen zat. Het incident krijgt nog een staartje in Austin want Iannone krijgt een penalty punt en hij moet drie plaatsen achteruit op de startgrid. Het Texaanse circuit is er een waar de Ducati’s ongetwijfeld goed kunnen scoren, al wordt die taak nu weer iets moeilijker.
Zijn de bandenproblemen de schuld van Ducati?
Dankzij het Ducati-debacle stond Rossi op het podium, samen met Marc Márquez (u kan zich het ijzige sfeertje wel inbeelden…) en Dani Pedrosa. Pedrosa noemde het “The luckiest race of my life”, al vond Rossi dat er weinig geluk mee gemoeid was. Nee, hij had niet op het podium gestaan zonder de crash van de Duc’s. Maar als de Ducati’s in de eerste plaats geen bandenprobleem hadden op zaterdag, dan was het een gewone race over 25 ronden geweest. “Tijdens het raceweekend had geen enkele Yamaha problemen met de banden. En omdat een andere motor problemen heeft, moeten wij ons helemaal aanpassen”, aldus Rossi. Hij was niet de enige rijder die met de vinger naar de Ducati’s wees. Ook de Tech3 rijders hadden kritiek op de flag-to-flag race omwillen van de bandenproblemen. “De omstandigheden vandaag zijn puur gebaseerd op de problemen van één enkele fabrikant”, zei Bradley Smith. “Ik vind dat de andere merken moeten spreken met Michelin, want zo wordt ons sterkste punt – goede prestaties aan het einde van de race – tenietgedaan.” Pol Espargaro deelde die mening. “De race werd aangepast aan de Ducati’s”, zei hij. “Iedereen blijft zeggen dat er problemen zijn met de Michelin banden, maar in feite ligt het probleem enkel bij de Ducati-rijders. Ze hebben een topsnelheid die 17km/u hoger ligt en ze verslijten sneller hun banden. Als de Ducati’s niet goed overweg kunnen met deze banden, dan moeten ze misschien hun power wat bijstellen.”
De vele crashes zorgden ervoor dat het deelnemersveld compleet dooreen geschud werd. Sommigen eindigden ver boven hun gebruikelijke niveau. Eugene Laverty gebruikte een combinatie van wilskracht en talent om op de vierde plaats te eindigen na Dani Pedrosa. De Ier wordt sneller en sneller op zijn Aspar Ducati en in de finale klopte hij Hector Barbera en Pol Espargaro. Er waren slechts dertien finishers, waaronder ook de dappere en intelligente Andrea Dovizioso. Hoewel hij zijn motor na de crash niet opnieuw aan de praat kreeg, duwde hij zijn Ducati over de lijn voor drie belangrijke puntjes. Zijn toewijding mag je zeker niet onderschatten, want die drie punten kunnen misschien wel zijn contract redden later dit jaar.
Het puntenverlies was Dovizioso’s zwaarste frustratie, want als hij netjes gefinisht was, dan stond hij slechts één punt achter leider Marc Márquez. Momenteel zijn dat er 18. Jorge Lorenzo staat op 16 punten van de klassementsleider en op 8 van zijn teamgenoot Valentino Rossi. Het is nog te vroeg om uitspraken te doen over het kampioenschap, al zal de puntenverdeling van deze race ongetwijfeld een effect hebben in de toekomst. Het was op veel vlakken een belangrijk weekend.
Interessante sportlectuur, maar nog niet voldaan? Meer GP-nieuws van schrijver David Emmett op motomatters.com. Zelfde kwaliteit, zelfde stijl, maar wel in het Engels.