QuickTest: BMW R 1250 RT

Bertha’s Boobjob
“Is het beste goed genoeg?”

De RT is reeds 35 jaar BMW’s slagschip in het toersegment. Er is geen motor die zo hard focust op comfort en gebruiksgemak en dat wordt anno 2018 nog eens in de verf gezet door de toevoeging van het 1254cc grote ‘Shiftcam’ motorblok. Want er is écht wel meer dan 84cc en wat pk’s extra.

De R 1250 RT komt het best voor de dag op lange snelwegritten, al kan hij net zo goed een Alpenpas aan…of waarom geen nachtelijk fotorondje rond Antwerpen?

Terwijl de R 1250 GS een grondige update krijgt, draait het bij de 2019 RT vooral rond de toevoeging van het nieuwe blok. Wat het rijwielgedeelte betreft, zien we naast enkele nieuwe kleurtjes en uitvoeringen vooral de beschikbaarheid van het optionele volledig automatische ESA, oftewel zelfregelende elektronische vering. In combinatie met het Shiftcam motorblok betekent dit dat de 1250 RT niet dé grote revolutie is – slaap op twee oren als je net een 1200 kocht – maar wel de meest verfijnde BMW ooit. Daar hoort een woordje uitleg bij…

Voor de technisch onderlegden: op deze doorsnede zie je de inlaatnokkenas met dubbele nokken (large cam & small cam) voor gebruik bij verschillende toerentallen.

Iets minder dikke Bertha, iets meer Heiße Helga

Te beginnen met de technische en praktisch info over het nieuwe blok. Ongeacht de ietwat ongelukkige naam – een F’je is snel vergeten- biedt de Shiftcam motor meer dan opgewaardeerde VTEC, Vanos of VVT-technologie. De variabele kleptiming en kleplift van de inlaatkleppen zorgt voor meer pk’s (+9%, 136pk bij 7.750 opm.), meer koppel (+14%, 143Nm bij 6.250 opm.). Maar belangrijker is nog dat het verbruik en de uitstoot omlaag gingen waardoor BMW als eerste de Euro5-norm haalt die in 2020 van kracht wordt. Buiten de extra power en iets soepelere motorloop merk je daar als rijder weinig van. Datzelfde kan dat niet gezegd worden van de koppeling en bak die sinds de 2012 update in de motor geïntegreerd werden. Die werken namelijk vlotter dan ooit. Of er is toch nog 1 opvallend dingetje: de gekende boxer-inertie verminderde, al trekt de motor nog steeds zachtjes naar links als je gas geeft in vrijloop.

Op de grafiek zie je dat het nieuwe blok overal beter presteert, al zijn de pk’s bovenin minder lineair. In de praktijk is het grootste verschil een soepelere motorloop. Pk’s en koppel hadden de beemers reeds meer dan genoeg en nu is de power lichtjes toegankelijker.

Schakelen zonder ‘klak’

Vanaf de eerste schakelmomenten, merk ik dat het klassieke BMW ‘klak’-geluid ontbreekt. De versnellingswissels zijn lichter dan ooit, of toch zeker wanneer ik de goed doseerbare koppeling erbij neem. Met de up/down quickshifter blijft het een beetje zoeken naar de toerentallen waar deze ideaal functioneert (rond de 3.000 toeren lukt het het best) en het ontbreekt me zeker bij het terugschakelen aan gevoel in het schakelpedaaltje. Op de duur laat ik het quickshiften volledig links liggen en ontkoppel ik opnieuw zelf. Vreemd hoe BMW dit op hun K1600 en S1000 motor goed voor elkaar heeft, maar het op de boxer niet helemaal lijkt te lukken. Misschien ligt het aan de extreem lage kilometerstand (minder dan 800km bij start van de rit) van deze testmotor? Daarbij komt nog dat de lineaire powercurve zorgt voor quasi evenveel trekkracht bij de 2 als de 6 op de toerenteller, waardoor je geneigd bent van erg laagtoerig te rijden. En daar heeft de quickshifter het het moeilijkst mee. Goed voor je verbruik, dat dan weer wel.

De lichtopbrengst van de LED-koplampen is fenomenaal en daarbij was onze motor nog eens uitgerust met een set felle mistlampen (onderaan).

Totzover de grootste nieuwigheden en toevoegingen aan de RT, want verder blijven de klassieke fortés van de toerbeemer onaangeraakt. Het Shiftcam-systeem doet ongeacht de rijmodus niets af aan de doseerbaarheid van de gasrepons. Er is geen ‘VTEC Kicked In, Yo-moment’, sterker nog, je merkt niets van het overgangspunt waarbij de andere kleptiming in werking treedt. De kracht komt perfect lineair vrij, zoals je het op een klasse-toerbuffel mag verwachten. Good job, BMW.

OK, de 2019 R 1250 RT is op alle gebied beter dan zijn voorlopers. Maar de basiselementen – comfort, de ultieme windbescherming en een onvermoeibaar boxerblok – zaten al jaren goed.

Verder hoef ik geen lofzang af te steken over de comfortabele zithouding dankzij het in hoogte verstelbare zadel, de grote actieradius (25l tank, 5,3l/100km verbruik tijdens onze test) of de goede bagagemogelijkheden. Die zijn tenslotte al lang gekend bij iedere toerrijder. Het enige wat ik op deze RT ‘Sport’ graag gezien had naast de leuke decals, was een normaal windscherm. Dit kleine sportruitje zorgt zelfs met mijn 173 hoogtecentimeters voor turbulenties aan de helm en het gewone (elektrisch instelbare) windscherm is de droom van iedere kilometervreter.

Dit onderschrift over bootjes mag je zelf verzinnen…

Optioneel: vliegend tapijt

Toch krijgt de 2019 RT een nog hoger ‘vliegend tapijt’-gehalte door het optionele Auto Dynamic ESA. BMW’s Electronic Suspension Adjustment gaat ondertussen al meer dan tien jaar mee en in dat decennium zijn er wel wat evoluties geweest. Naast de elektronisch instelbare veringstanden is er reeds langer het het Dynamic ESA oftewel een semi-actieve vering die zelf de veerinstellingen aanpast aan het wegdek en de rijstijl van de rijder. Dit systeem werd geupdate en regelt zichzelf nu nog nauwkeuriger naargelang de gekozen rijmodus en de lading (solo/duo/bagage). Kort samengevat bereikt BMW hiermee het punt dat je wél alle voordelen hebt van de elektronische rijdershulpjes, zonder dat je iedere keer het hoofd moet breken over welke instelling je nu wil en hoe je ze in de dashboardmenu’s moet kiezen. Voortaan kies je enkel de rijmodus (Rain, Road of Dynamic) en de rest gaat vanzelf.

Paradoxaal genoeg is het automatische ESA (Electronic Suspension Adjustment) een ideaal elektronisch snufje voor rijders die niet graag nadenken over de instellingen van hun elektronica. Verder voorspel ik een grondige dashboard update voor de volgende RT.

Hoe heerlijk de R 1250 RT ook rijdt, toch kan ik me niet ontdoen van de bedenking dat deze update kenmerkend is voor het toersegment. Sterker nog: ze zet het gebrek aan echte concurrenten voor de RT extra in de verf. Toerrijders rijden in 2018 immers al lang met een GS of andere dikke hoogpoter, die wél als eerste de allernieuwste snufjes en grootse updates krijgen.

Hoewel de GS het populaire broertje blijft, is de RT veruit de betere keuze voor asfaltrijders.

“Waar blijven de opties zoals adaptieve cruise-controle, Apple Carplay of een goed werkende, volledig geïntegreerde GPS?”

Maar de motorsector moet naar mijn mening veeleisender zijn. De nieuwe tieten – zoals de boxercilinderkoppen liefkozend genoemd worden – zijn een leuke toevoeging, maar niets wereldschokkend. Als we het filmpje van BMW’s autonoom rijdende GS bekijken, dan weten we dat er achter de schermen hard gewerkt wordt,… maar waar blijven de opties zoals adaptieve cruise-controle, Apple Carplay of een goed werkende, volledig geïntegreerde GPS? En langs de andere kant hoop ik dat BMW de F800GT eindelijk zal opwaarderen tot een kleine RT. Mét cardan en elektrisch verstelbaar windscherm, als het eventjes kan.

De Afrekening

De BMW R 1250 RT is, en blijft net zoals zijn voorganger, de ultieme toerboot. De rij-ervaring biedt een goede mix van comfort, praktisch gemak en toch voldoende power en grondspeling om je adrenalineniveau (en dat van je passagier) te doen stijgen. Het shiftcam blok en het optionele Auto ESA zijn leuke extra’s, maar niet echt baanbrekend. De basisprijs van de R 1250 RT komt in België op 18.600 euro, al tikte onze testmotor met dank aan o.a. een comfort pack, touring pack, dynamic pack en style sport pack af op 24.700 euro. In Nederland mag je daar nog een flinke brok BPM bij tellen.

Remmen

Het remgedrag van de R 1250 RT is op zijn lichts gezegd fenomenaal. Je zou het misschien niet verwachten van zo’n zware toerboot, maar als je écht in de remmen durft gaan, dan knal je de eerste keer gegarandeerd met je snufferd tegen het windscherm. Daarbij komt nog dat het ABS quasi ongemerkt tussenbeide komt om je in alle veiligheid tot stilstand te krijgen. Grappig weetje: terwijl we op de 1200 nog uitsluitend Brembo remblauwen zagen, worden de remklauwen vooraan nu voorzien van een BMW-logo. De klauwen worden volgens dezelfde specificaties geproduceerd bij Brembo en Hayes, al is het onderscheid niet merkbaar. Achteraan voorziet Brembo de remklauw.

 

Uitvoeringen

Ik trok op pad met een R 1250 RT in de Sport uitvoering, al heeft BMW – met dank aan een heleboel opties – een RT voor iedereen. De basisuitvoering is beschikbaar in het Alpine wit, met als optionele kleuren ook nog Blue Planet metallic en Sparkling Storm metallic. Om het plaatje af te maken kan je nog kiezen voor een bruin lederen zadel.  Naast de Standaard en Sport uitvoeringen is er nog de Elegance die enkel in het Carbon Black komt met zilver metallic wielen en grijze achterbrug.

De Sport-uitvoering is veruit de mooiste met haar Mars rode kleurtje en zwart/grijze decals, al zouden we het korte windscherm meteen vervangen door een volwaardig exemplaar.

Zadelverwarming achteraan, want passagiers willen ook wat. De zijkoffers vergrendelen doe je Keyless met een knop aan het stuur.
De quickshifter, het blijft een heikel punt op BMW’s boxers.
Het ziet er indrukwekkend uit, maar BMW’s stuurknoppen zijn erg intuïtief en werken feilloos.
BMW’s S.O.S. systeem moet zorgen voor een zo snel mogelijke assistentie bij noodgevallen. Dit heb ik niet voor u uitgetest. Weetje: de opbergvakjes onder het stuur zijn afsluitbaar en hebben USB-aansluiting, maar een grote smartphone past er niet in.
Geen sleutel meer nodig voor de tankdop dankzij Keyless Ride. Let wel: je hebt 30 seconden na het uitzetten van de motor om de tankdop te openen vooraleer hij vergrendelt.

   

De RT was al de compleetste toermotor en met het 1250 Shiftcam motorblok wordt hij er lichtjes beter op.
MaxxFactor
68
Rijplezier
79
Gebruiksgemak
93
Prijsfactor
67
Wheeliemachine
61
Bochtmeister
78
Pluspunten
Soepel en krachtig motorkarakter
Eindeloos comfort
Torenhoog gebruiksgemak
Minpunten
Weinig vernieuwend t.o.v. de 1200
Vooral de opties zijn stevig aan de prijs
Met 279 rijklare kilo's is dit écht wel een zware bak.
74
maxxscore